Wandeling dwars door de Marollen

De Brusselse wijk de Marollen wordt beschouwd als de volksziel van de stad. Oorspronkelijk buiten de eerste stadsmuren gelegen, werd ze bevolkt door ambachtslui die overdag in de stad werkten en ’s avonds buiten de muren verbleven. Rond de Onze-Lieve-Vrouw-ter-Kapellekerk ontstond zo de eerste buitenparochie. Ook na de uitbreiding van de stad bleef de wijk gekenmerkt door sociale spanningen, versterkt door de bouw van het imposante Justitiepaleis in de 19de eeuw, dat de wijk domineert. De Marollen zijn doorkruist door twee centrale straten: de Hoogstraat (een oude Romeinse weg) en de Blaesstraat, waar dagelijks de bekende Aa-mêt (vlooienmarkt) plaatsvindt. In de 19de eeuw kende de wijk een sterke ontwikkeling rond het Zuidstation en de Zenne, met veel fabrieken en migranten die zich er vestigden. Vandaag ondergaat de wijk een transformatie door verzaveling en toerisme, met nieuwe bewoners en projecten zoals het Jonctionproject achter de Brigitinnenkerk.